Self-assessment

 

Self-assessment: Leerlingen leren door zichzelf te evalueren.

 

Bij self-assessment gaan leerlingen zelf hun eigen kennen en kunnen na,

hierin ondersteund door de leerkracht die hen handvatten aanbiedt.

Door zichzelf te evalueren krijgen leerlingen

  • een beter zicht op het proces dat ze doormaken,
  • op hun sterktes en werkpunten en
  • op wat nog nodig is voor hen om een taak of opdracht tot een goed einde te brengen.

 

Inzicht in het eigen leerproces is niet alleen van belang voor de verdere ontwikkeling

van leerlingen, het zorgt ook voor een grotere betrokkenheid bij hun leerproces.



Zelfevaluatie kan verschillende vormen aannemen:

 

Pauze- en denkactiviteiten:

bij dit soort activiteiten gaan leerlingen op gezette tijden pauzeren om hun leerproces

in kaart te brengen.

Hun leer- en zelfsturende competentie wordt daardoor aangesproken en ontwikkeld.

Leerkrachten krijgen zicht op mogelijke tekorten van de leerlingen.

Leerkrachten ondersteunen de leerlingen door het aanbieden van reflectie-items zoals:

o Wat heb ik geleerd...

o Ik wil nog meer weten over…

o Dit was gemakkelijk…

o Dit vond ik moeilijk…

o Ik heb meer of minder tijd nodig bij…

 

Verbanden leggen met vooropgestelde criteria:

leerlingen gebruiken criteria om te zien of hun werk eraan voldoet. Als ze die criteria samen met de leerkracht opgesteld hebben spreken we van co- en self-assessment.

 

Kijken naar bewijzen:

leerlingen selecteren zelf illustratieve voorbeelden van een aspect van hun leren en gaan daarbij in op het groeiproces dat ze doormaakten.  



Maak jouw eigen website met JouwWeb